Wat is de betekenis van Herkomen?

2024-04-18
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Herkomen

o., wat van vroeger tijden tot ons gekomen is, oud gebruik, gewoonte: naar oud herkomen.

2024-04-18
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

herkomen

I. herkwam, is herkomen (Z.-N.) bekomen (bet. 3). II. o.; het afkomstig-zijn.

2024-04-18
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

herkomen

('her) o. oud gebruik, oude gewoonte : naar oud -.

2024-04-18
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Herkomen

HERKOMEN, (herkwam, is herkomen), (w. g.) van een vroegeren tijd op den tegenwoordigen komen, herkomstig zijn van de oudheid herkomen. HERKOMEN, o. (hist.) gebruik, gewoonte naar oud herkomen.

Gerelateerde zoekopdrachten