Wat is de betekenis van Herderlijk?

2024-03-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

herderlijk

herderlijk - Bijvoeglijk naamwoord 1. zoals past bij een herder en zijn kunde En in haar verbeelding wacht ze met trillende handen tot Prins Tamino zal naderen, bepruikt, geschminkt en zingend over hun eeuwige vereniging, terwijl een toneelknecht met twee handen het touw vasthoudt, klaar om het decor van de...

2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Herderlijk

bn. bw., 1. wat op een herder betrekking heeft, van een herder: herderlijke tonelen, gelijk die, 2.welke in herdersdichten worden geschilderd; van een geestelijke herder: een herderlijke brief, een schrijven van de geestelijke overheid, inz. van een bisschop aan zijn gelovigen; — (fig.) een herderlijke raadgeving, een g...

2024-03-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

herderlijk

bn.; als van of behorende tot een herder: een herderlijk leven leiden, landelijk; fig. een herderlijk schrijven, de herderlijke zegen, nl. van de geestelijke overheid; herderlijke plichten, geestelijke.

2024-03-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

herderlijk

('herdərlək) bn. 1. van of betreffende de herder : de -e veldschalmei; -e vtichten. 2. landelijk : een leven leiden. 3. Kat. van de geestelijke inz. bisschoppelijke overheid : een schrijven; een -e zegen.

2024-03-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

herderlijk

bn. en bw., 1. wat op een herder betrekking heeft, van een herder: herderlijke tonelen, die in herdersdichten worden geschilderd; 2. van een geestelijke herder: een herderlijk schrijven, een brief van de geestelijke overheid, m.n. van een bisschop aan zijn gelovigen; (fig.) een herderlijke raadgeving, een pastoraal advies ten bate van iemands ziele...

2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Herderlijk

HERDERLIJK, bn. bw. wat op een herder betrekking heeft, van een herder herderlijke tooneelen, gelijk die, welke in herdersdichten worden geschilderd; — van een geestelijken herder een herderlijke brief, een schrijven door den Paus of een bisschop aan zijne geloovigen gericht; — (fig.) eene herderlijke raadgeving, een gemoedelijke raad...