herbergier
herbergier - Zelfstandignaamwoord 1. (beroep) iemand die een herberg exploiteert ♢ De oude herbergier overleed twee weken geleden. Woordherkomst afgeleid van herberg met het achtervoegsel -ier
Wiktionary (2019)
herbergier - Zelfstandignaamwoord 1. (beroep) iemand die een herberg exploiteert ♢ De oude herbergier overleed twee weken geleden. Woordherkomst afgeleid van herberg met het achtervoegsel -ier
Muiswerk Educatief (2017)
herbergier - zelfstandig naamwoord uitspraak: her-ber-gier 1. iemand die een herberg houdt ♢ de herbergier tapte een glas bier in Zelfstandig naamwoord: her-ber-gier de herbergier de her...
Direct toegang tot alle 9 resultaten over Herbergier?
Jozef Verschueren (1930)
(herber’gi:r) m. (-s) hij die een herberg houdt. Syn. hotelhouder, kastelein, logementhouder, waard.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel lid van Ensie en geniet van alle voordelen: