Heilrijk
bn. (-er. -st), zegenrijk, gelukkig: de zaak had heilrijke gevolgen.
I.M. Calisch (1864)
Heilrijk, bn. en bijw. (-er, -st), gelukkig, voorspoedig, zegenrijk. *...WEG, m. (-en), weg des heils, - des geluks. *...WENSCH, m. (-en), gelukwensch. *...ZAAM, bn. en bijw. (...amer, -st), heilgevend, nuttig, geluk -, gezondheid bevorderende; een - voedsel; een - middel; een heilzame raad. -HEID, v. gmv. nut, gezondheid; de - van dit geneesmidd...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: