Heerleger
HEIRLEGER, o. (-s), 1. leger, legermacht ; 2. (fig.) grote menigte: een heerleger van sterren, van sprinkhanen.
Van Dale Uitgevers (1950)
HEIRLEGER, o. (-s), 1. leger, legermacht ; 2. (fig.) grote menigte: een heerleger van sterren, van sprinkhanen.
Jozef Verschueren (1930)
o. (—s) 1. groot leger. 2. Uitbr. grote menigte: een van engelen, van sprinkhanen.
J.H. van Dale (1898)
HEERLEGER, ook HEIRLEGER, o. (-s), groot leger, legermacht; — (fig.) groote menigte: een heerleger van sterren, van sprinkhanen.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: