Wat is de betekenis van hardrijden?

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

hardrijden

hardrijden - Werkwoord 1. (sport) proberen een bepaalde afstand zo snel mogelijk af te leggen Woordherkomst samenstelling van hard en rijden

2024-04-25
Wielersportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

hardrijden

(onov ww; reed hard; h. hard- gereden) - om het hardst rijden op de fiets, syn. hardfietsen.

2024-04-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Hardrijden

v., hurdride.

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Hardrijden

o., zeer snel of (inz.) om het hardst rijden (op schaatsen, met paarden of met rijwielen).

2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

hardrijden

o., het rijden om het hardst inz. op schaatsen): wedstrijd in het hardrijden.

2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

hardrijden

('hart) wkw. rijden om het hardst, inz. met schaatsen: hij kan wel schoonrijden. maar niet -.

2024-04-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

hardrijden

onbep. w., zeer snel of (m.n.) om het hardst rijden (op schaatsen, met paarden of op fietsen of motoren).

2024-04-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Hardrijden

HARDRIJDEN, o. het rijden om het hardst (op schaatsen, met paarden of met rijwielen). HARDRIJDER. m. (-s). die hard rijdt, inz. iemand die uit liefhebberij of om geld te verdienen aan wedstrijden op schaatsen deelneemt. HARDRIJDERIJ, v. (-en), wedstrijd op schaatsen om te zien wie het hardst rijdt; (ook) harddraverij.