hapschaar
hapschaar - Zelfstandignaamwoord 1. (informeel) politieagent, smeris, juut Woordherkomst Ontleend aan het Franse happe-chair "agent die dieven aanhoudt" (een samenstelling van happer "vastpakken" en chair "vlees"). Synoniemen hapscheer
Wiktionary (2019)
hapschaar - Zelfstandignaamwoord 1. (informeel) politieagent, smeris, juut Woordherkomst Ontleend aan het Franse happe-chair "agent die dieven aanhoudt" (een samenstelling van happer "vastpakken" en chair "vlees"). Synoniemen hapscheer
Van Dale Uitgevers (1950)
...SCHEER, m. (...scharen, ...scheren), (Fr. happe-chair), 1. diender, dievenleider; — 2. (gew.) vrek, inhalige kerel; (ook) rare snuiter; (ook) iem. die een grote mond opzet en wartaal uitslaat; (ook) iem. die zich wil doen gelden.
M. J. Koenen's (1937)
m. -scharen (Fr. happe-chair): dienaar van het gerecht, dievenleider; thans: schraper, inhalige vent.
Jozef Verschueren (1930)
('hap) m. (...scharen) [Fr. happe-chair] 1. Veroud. dienaar van het gerecht. 2. schraper, inhalige vent.
J.H. van Dale (1898)
HAPSCHAAR, ook HAPSCHEER, m. (...scharen, ...scheren), (Fr. happe-chair), diender, dievenleider: — (gew.) vrek, inhalige kerel; (ook) rare snuiter: (ook) iem. die een grooten mond opzet en wartaal uitslaat; (ook) iem die zich wil doen gelden.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: