Wat is de betekenis van Halte?

2024-04-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

halte

halte - Zelfstandignaamwoord 1. een plaats waar gestopt wordt Na een korte halte gingen we verder met de reis. 2. een plaats waar een bus stopt Omdat hij vlak naast een halte woont, gaat hij vaak met de bus. Woordherkomst afgeleid van h...

2024-04-24
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

halte

halte - zelfstandig naamwoord uitspraak: hal-te 1. vaste stopplaats van een bus of tram of trein ♢ we stonden al een half uur bij de halte toen de bus kwam Zelfstandig naamwoord: hal-te de halte ...

2024-04-24
Begrippenlijst Prorail

Prorail (2016)

Halte

Een halte is het gedeelte van de vrije baan voorzien van een inrichting waar reizigers kunnen in- en uitstappen en/of goederen kunnen worden aangenomen en afgeleverd, niet zijnde een station. Treinen kunnen hier niet van volgorde wisselen of inhalen.

2024-04-24
Spoortermen begrippenlijst

Joos Lambrechtsen (2016)

Halte

Een halte is een gedeelte van de vrije baan voorzien van een inrichting waar reizigers kunnen in- en uitstappen en/of goederen kunnen worden aangenomen en afgeleverd, niet zijnde een station. Treinen kunnen hier niet van volgorde wisselen.

2024-04-24
Dromen encyclopedie

Fink (1998)

Halte

De halte is een station voor ons ik. Hier zouden we een keer over het leven dat we tot nu toe hebben geleid, moeten nadenken; vooral wanneer we in de droom eenzaam en alleen aan deze halte hebben moeten wachten. (Verder net als ‘Haven’).

2024-04-24
Encyclopedie van Noord Brabant

Anton van Oirschot (1985-1986)

HALTE

gehucht in de Noordbrab. gemeente Deurne.

2024-04-24
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

halte

plek waar ‘n trein of bus ‘n rukkie stilhou (vir reisigers).

2024-04-24
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Halte

s., halt (it).

Wil je toegang tot alle 19 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-24
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Halte

halte, rustplaats, stopplaats; stilstand, oponthoud, onderbreking; faire halte, halt houden; halte!, halte-là!, ho wat!