Wat is de betekenis van halfzuster?

2024-03-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

halfzuster

halfzuster - Zelfstandignaamwoord 1. (familie) een vrouwelijk persoon die óf dezelfde moeder óf dezelfde vader heeft als jou Hitler loopt vlak achter de kist, gekleed in een lange, zwarte mantel, zwarte handschoenen en met in zijn ene hand een zwarte hoge hoed. Hij is ernstig gestemd en beheerst. Links van...

2024-03-29
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Halfzuster

zie halfbroer.

2024-03-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Halfzuster

s., healsuster.

2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Halfzuster

v. (-s), zuster, gesproten uit een ander huwelijk van dezelfde vader of dezelfde moeder.

2024-03-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

halfzuster

v. (-s) zuster uit een andere vader of een andere moeder gesproten. Syn. stiefzuster.

2024-03-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

halfzuster

v. (-s), zuster, gesproten uit een ander huwelijk van dezelfde vader of dezelfde moeder.

2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Halfzuster

HALFZUSTER, v. (-s), zuster, gesproten uit een ander huwelijk van denzelfden vader of dezelfde moeder.