Wat is de betekenis van Halfsteng?

2024-03-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Halfsteng

bw., halverwege een steng (vgl. halfstok).

2024-03-28
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Halfsteng

HALFSTENG, bw. halfstok.

Gerelateerde zoekopdrachten