Wat is de betekenis van haagde?

2024-04-23
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

haagde

haagde - Werkwoord 1. enkelvoud verleden tijd van hagen ♢Ik haagde ♢Jij haagde ♢Hij, zij, het haagde

Gerelateerde zoekopdrachten