haag
haag - Zelfstandignaamwoord 1. een afscheiding bestaande uit kreupelhout of struikgewas 2. op een rij naast elkaar geplaatste personen of zaken haag - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hagen ♢ Ik haag 2. gebiedende wijs van hagen ♢ ...