Haaf
Volgens Winkler ('Friese naamlijst' bij Have, vrouwelijk Haefje, Haafje) is Haaf oorspronkelijk dezelfde naam, maar in een andere spelling, als Hauwe (Haue); zie Houwe en Hauke.
Meertens Instituut (2020)
Volgens Winkler ('Friese naamlijst' bij Have, vrouwelijk Haefje, Haafje) is Haaf oorspronkelijk dezelfde naam, maar in een andere spelling, als Hauwe (Haue); zie Houwe en Hauke.
Wiktionary (2019)
haaf - Zelfstandignaamwoord 1. bezit. ♢ Hij verspeelde huis en haaf. Synoniemen have
Eindredactie Jan Pieter Woudt & Klaas Woudt (1991)
Dick ten (Alkmaar 1947). Beeldend kunstenaar; olieverven, gouaches, etsen en litho’s. Dick ten Haaf is autodidact en werkt te Zaandam.
Dr. Johannes van der Schaar (1964)
m Volgens Winkler (Fri. naamlijst bij Have, vr. Haefje, Haafje) is Haaf oorspr. dezelfde naam, maar in een andere spelling, als Hauwe (Haue); zie Houwe en Hauke. Haafje v ->Haaf (Fri.).
Van Dale Uitgevers (1950)
v. (haven), 1. (gew.) vijzel waarmede men de kap van een hooiberg in de hoogte windt, bergwind, ook haaft en heeft; 2. zakvormig, door een ronde beugel opengehouden visnet, aan een lange stok bevestigd die dwars over de mond van het net loopt.
Jozef Verschueren (1930)
(ha:f) v. (haven) [heffen] zakvormig visnet door een ronde beugel opgehouden en aan een lange stok bevestigd.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
v./m. (haven), 1. zakvormig visnet; 2. dommekracht voor het oplichten van de kap van een hooiberg.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: