Wat is de betekenis van Groslijst?

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Groslijst

v. (-en), lijst welke een gros namen bevat van personen die voor de een of andere candidatuur in aanmerking komen, voorlopige naamlijst van candidaten.

2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

groslijst

v. groslijsten (voorlopige lijst van candidaten voor een betrekking; ook: van candidaten ener kiesvereniging).

2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

groslijst

v. (-en) gros.

2024-04-25
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

groslijst

groslijst - v., lijst van candidaten.

2024-04-25
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Groslijst

voorloopige lijst van personen die voor een kandidatuur in aanmerking komen.

2024-04-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Groslijst

GROSLIJST, v. (-en), eene lijst welke een gros namen bevat van personen die voor de eene of andere candidatuur in aanmerking komen, voorloopige naamlijst van candidaten.

2024-04-25
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)