Wat is de betekenis van grondwerk?

grondwerk - Zelfstandignaamwoord 1. voorbereidig van de ondergrond voor een bouwwerk ♢ Het grondwerk is klaar. De funderingen van het huis zijn gereed. Men kan beginnen met de bouw van het eigenlijke huis. ♢ Het dijklichaam van de autosnelweg is klaar, het grondw...

s.n., grounwurk (it).

o., 1. (veroud.) de fondamenten van een gebouw ; 2. arbeid in of met de grond, graaf-of delfwerk ; — (ook) een werk dat in de grond wordt tot stand gebracht, b.v. het graven van een kanaal, het maken van dijken, of vestingwerken enz.

ook aardwerk, is een werk, waarvoor verplaatsing van grond (zand, klei, leem, teelaarde, veen) vereist wordt. Het verplaatsen van die grond (grondverzet) heeft bij grote werken meestal machinaal plaats. De aard der te bezigen werktuigen (graafmachines, baggermolens) hangt af van de samenstelling van de te verplaatsen grond.

o. grondwerken (graaf- of delfwerk).

afgraven, resp, opbrengen v. grond b/h uitvoeren v. bouwwerken, aanleggen v. dijken, kanalen, wegen, enz. Hieraan dient een nauwkeurig grondonderzoek vooraf te gaan.

Grondwerk - graafarbeid, welke verricht wordt ten behoeve van: 1° het maken van fundeeringen van bouwwerken e.d. en waarbij, afhankelijk van den aard en den omvang van het bouwwerk, een zgn. fundeeringsput gegraven dan wel een aantal sleuven gemaakt wordt, breed genoeg om er de fundeeringen der muren enz. in te kunnen optrekken. Behalve het gra...

o. (-en) 1. fondementen van een gebouw. 2. werk in de grond: het kanaalgraven is een -. 3. het werken met aarde, graaf-, delfwerk.

Grondwerk - in het algemeen een werk, dat zich hoofdzakelijk bepaalt tot verwerken van grond, zooals het aanleggen van de aardenbaan voor een weg of spoorweg, het graven van een kanaal of een sloot, het normaliseeren van een rivier, aanleg van dijken, enz.