Wat is de betekenis van grondlegger?

2024-04-20
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

grondlegger

iemand die de basis legt. iemand die de basis van iets heeft gelegd; grondvester; oprichter; stichter. Voorbeelden: Wie is die Freud nou helemaal? Over overschatte figuren gesproken. De grondlegger van de psychologie wordt zo'n aap dan genoemd. Herman Brusselmans, Uitgeverij Guggenheimer, 1999 Het was echter de Duitse do...

2024-04-20
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

grondlegger

grondlegger - Zelfstandignaamwoord 1. oprichter, stichter, iemand die ergens de basis van gelegd heeft. Niels Bohr is de grondlegger van de kwantummechanica Woordherkomst Naamwoord van handeling van grondleggen met het achtervoegsel -er

2024-04-20
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

grondlegger

grondlegger - zelfstandig naamwoord uitspraak: grond-leg-ger 1. wie met iets begint wat de basis is voor verdere ontwikkeling ♢ Montessori was de grondlegger van het individuele onderwijs Zelfstandig naamwoord: grond-leg-ger ...

2024-04-20
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Grondlegger

m. (-s), die de fundamenten van iets legt, oprichter, stichter: Willem, de Zwijger is de grondlegger onzer vrijheid.

2024-04-20
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

grondlegger

m. grondleggers (stichter): fig. de grondlegger onzer vrijheid, de grondlegger der Duitse eenheid.

2024-04-20
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

grondlegger

m. (-s) stichter, oprichter: de van onze vrijheid.

2024-04-20
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

grondlegger

m. (-s), iemand die de fundamenten van iets legt, oprichter, stichter: de — van de golfmechanica.

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-20
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)