Groetenis
v. (-sen), groet, inz. aan of van iemand die afwezig is : iemand de groetenis doen; — de groetenis! (iron.) dat kun je denken, morgen brengen! — (Zuidn.) engelse groetenis, engelse groet, het Ave Maria.
Van Dale Uitgevers (1950)
v. (-sen), groet, inz. aan of van iemand die afwezig is : iemand de groetenis doen; — de groetenis! (iron.) dat kun je denken, morgen brengen! — (Zuidn.) engelse groetenis, engelse groet, het Ave Maria.
Jozef Verschueren (1930)
('groetənis) v. (-sen) Veroud. 1. groet : de engelse -, die van de engel aan Maria, nl. Wees gegroet. Maria enz. 2. groet aan een afwezige : iemand de doen; de thuis, beleefdheidsformule bij het afscheidnemen.
J.H. van Dale (1898)
GROETENIS, v. (--on), groet, inz. aan of van iemand die afwezig is: iemand de groetenis doen; de groetenis thuis, beleefdheidsformule bij het afscheidnemen; — (R. K.) engétsche groetenis, begroeting van Maria door den engel, het Ave Maria.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: