grimas
grimas - Zelfstandignaamwoord 1. Vertrokken gelaat, grijns, frats. ♢ De driehoekige kinspier trekt de mondhoeken naar beneden en achteren om een 'grimas' te trekken. grimas - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van grimassen ♢ Ik ...