Wat is de betekenis van grill?

2024-03-29
Woord van de week

Team taaladvies (2023)

grill

Allerlei beroemdheden doen hun mond open om de nieuwste opzichtige blingtrend te tonen: grills. Een grill is een tandsieraad van metaal of edelmetaal, al dan niet ingelegd met edelsteentjes. Het zijn afneembare tandkapjes die vooral in hiphopmilieus al langer werden gedragen. Grill gaat terug op het Franse grille, 'rooster', dat met betre...

2024-03-29
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

grill

(zelfstandig naamwoord) [voedsel] vleesrooster, braadrooster, schroeiplaat - Biefstuk van het braadrooster heeft een mooiere korst dan die uit de sudderpan. - Een elektrische schroeiplaat werkt veel beter dan een houtskoolrooster. [auto] radiateurscherm, sierscherm - Het sierscherm van de Rolls Royce heeft een baleinstructuur.

2024-03-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

grill

grill - Zelfstandignaamwoord 1. (huishouden) toestel om vlees door stralende warmte te roosteren voorzien van een braadrooster Zout het vlees vlak voordat je het op de grill legt. Zie ook gril

Wil je toegang tot alle 8 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

grill

grill - zelfstandig naamwoord uitspraak: gril 1. apparaat waarmee je vlees kunt roosteren ♢ we aten biefstuk van de grill Zelfstandig naamwoord: gril de grill