grien
grien - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van grienen ♢ Ik grien 2. gebiedende wijs van grienen ♢ grien! 3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van grienen ♢ grien je?
Wiktionary (2019)
grien - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van grienen ♢ Ik grien 2. gebiedende wijs van grienen ♢ grien! 3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van grienen ♢ grien je?
J.H. van Dale (1898)
GRIEN, m. en v. (-en), iem. die dikwijls, om eene kleinigheid grient, uitsl. van kinderen gezegd.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: