Wat is de betekenis van grap?

2024-04-23
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

grap

grap - Zelfstandignaamwoord 1. verhaal dat of handeling die erop gericht is om de lachlust op te wekken Hij haalde een kostelijke grap uit''. grap - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van grappen ♢ Ik grap 2. gebiede...

2024-04-23
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

grap

grap - zelfstandig naamwoord 1. wat je vertelt of doet om iemand te laten lachen ♢ hij vertelde een goeie grap 1. voor de grap [omdat we dat leuk vinden] 2. een grap met hem uit...

2024-04-23
Popmuziek Encyclopedie

Jan van der Plas & Mike Schepers (2003)

GRAP

Amsterdams popcollectief dat zich ten doel heeft gesteld de lokale popmuziek te stimuleren. Ze doet dat door het organiseren van talentenjachten, demopanels, etc. Het GRAP kantoor is gevestigd in de Beurs Van Berlage, te Amsterdam.

2024-04-23
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

grap

skerts, bespotlikheid, pret, snaakse gesegde, kwinkslag.

2024-04-23
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Grap

s., grap, klucht, set, loop, pots, foef, frats; -pen, gritsen, grytsen, gruterij, grapperij; -je, dideldeintsje (it); -pen maken, biizje, mâlje, mâljeije, -farje, -farkje, grapjeije, gekjeije; voor de — út ’e grap, út 'e gek, bitúltsjes.

2024-04-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Grap

v. (-pen), 1. snaaks gezegde, kwinkslag : grappen vertellen; hij zocht er zich met een grap van af te maken ; gij moet het zo hoog niet opnemen, 't was maar een grapje, er werd niets kwetsends mee bedoeld; 2. iets vermakelijks : dat is lang geen grap, daar valt niet mede te spotten, ’t is hoge ernst; — guitenstreek :...

2024-04-23
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

grap

v. grappen, grapje (iets mals, iets zots, vermakelijks: aardigheid, geestigheid, kwinkslag, gein): iets uit of voor de grap zeggen, een grap met iem. hebben, uithalen: daar zul je grappen van beleven, vermakelijke, malle dingen van ondervinden; dat zou een grap zijn! een mooie grap! iron. een netelige historie; nu nog mooier grap! dat moet er nog b...

2024-04-23
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

grap

v. (-pen; -je) [~ greep] I. Eig. 1. iets geks, zonderlings, vermakelijks nl. a. malle gril, kuur : wat zijn dat voor -pen? we zullen je die -pen wel afleren. b. koddige inval, snaaks gezegde : maak je niet boos, 't was maar een -je; zich met een van iets af maken ; geen -pen ! geen gekheden, want het geldt een ernstige zaak; van -pen aan elkaa...

Wil je toegang tot alle 14 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-23
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

grap

v./m. (-pen), 1. snaaks gezegde, kwinkslag: grappen vertellen; hij probeerde er zich met een van af te maken; je moet het niet zo hoog opnemen, het was maar een grapje, er werd niets kwetsends mee bedoeld; 2. iets vermakelijks: dat is lang geen -, daar valt niet mee te spotten, het is hoge ernst; guitenstreek: grappen uithalen; een flauwe -; (abst...