graftak
1) (1967) (jeugd) vervelend of sloom figuur; iemand met weinig fantasie; soms ook voor een dom persoon. Te Utrecht vooral: verachtelijk persoon. In de jeugdtaal van de jaren negentig van vorige eeuw kreeg het woord meer de betekenis van 'pessimist, stille jongen' (zie Hoppenbrouwers). Uit dit scheldwoord klinkt een ware doodsverwensing, waar-door d...