gortenteller
(17e eeuw) (inf.) gierigaard; iemand die zich uit gierigheid of vitzucht met keuken of huishouding bemoeit en in die zin: een keukenpiet; janhen*. Oorspronkelijk een zeemansterm. Dateert uit de tijd toen de scheepskapiteins nog een vast bedrag kregen voor de voeding der bemanning en ze zichzelf uit hebzucht trachtten te bevoordelen. Ook wel: gorten...