goedpraten
goedpraten - Werkwoord 1. (ov) argumenten aanvoeren om iets dubieus of verkeerds als acceptabel te zien ♢ Ik wil niet goedpraten wat gebeurd is. ♢ Ik praat het absoluut niet goed, maar hij heeft ook geen makkelijke jeugd gehad. ...
Wiktionary (2019)
goedpraten - Werkwoord 1. (ov) argumenten aanvoeren om iets dubieus of verkeerds als acceptabel te zien ♢ Ik wil niet goedpraten wat gebeurd is. ♢ Ik praat het absoluut niet goed, maar hij heeft ook geen makkelijke jeugd gehad. ...
M. J. Koenen's (1937)
praatte goed, h. goedgepraat (verontschuldigen, vergoelijken): hij doet zijn best om zijn fout goed te praten.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
(praatte goed, heeft goedgepraat), (overg.), (iets) door redenering zo weten voor te stellen, dat men er geen verkeerdheid meer in vindt: die handelwijze is (valt) nooit goed te praten.
J.H. van Dale (1898)
(praatte goed, heeft goedgepraat), iets door redeneering zoo weten voor te stellen, dat men er geen verkeerdheid meer in vindt: die handelwijze is nooit goed te praten.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: