Wat is de betekenis van Goedenmorgenzeggen?

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Goedenmorgenzeggen

(zeide goedenmorgen, heeft goedenmorgengezegd of -gezeid), iemand een goeden morgen toewenschen: heb je moeder al goedenmorgengezegd?

Gerelateerde zoekopdrachten