Wat is de betekenis van Goede sier maken?

2024-04-20
Lexicon Nederlandstalige gezegden

Wikiquote (2020)

Goede sier maken

goed overkomen bij anderen

2024-04-20
Spreekwoorden en gezegden

F. Stoett (1977)

Goede sier maken

het er goed van nemen, lekker laten opdissen, er de boter uitbraden, mijken en smijken, zoals de Westvlamingen zeggen. Sinds de 16de e. bekend. Dits/er, oudtijds c(h)iere, is ontleend aan Ofr. chiere; faire bonne chiere ä quelqu’un betekende eig. iemand een vriendelijk gelaat tonen, en vandaar: hem goed ontvangen, gastvrij onthalen; en b...

2024-04-20
Signalement van sprekende zegswijzen

A. Houwelink ten Cate (1977)

goede sier maken

Goede sier maken wil zeggen: zich al feestend gul en royaal betonen, de bloemetjes buiten zetten. Het woord sier is niet, zoals we geneigd zouden zijn te denken, afgeleid van het werkwoord sieren in de zin van tooien, opschikken, maar heeft als betekenis: gul onthaal. Sier maken betekende dan ook in vroeger tijd: pret maken, zich te goed doen en an...

2024-04-20
Nederlandse spreekwoorden

F.A. Stoett (1923-1925)

Goede sier maken

D.w.z. fijn, lekker laten opdisschen, een prettig, vroolijk leventje leiden, mijken en smijken, zooals de Westvlamingen zeggen; smikkelen (Schuerm. 632 b; Boekenoogen, 710: opsmikkelen); goeden smik maken (Kl.-Brab.); fr. faire bonne chère a qqn; mnl. goede (goet) chier(e) maken, eig. iemand een vrie...

2024-04-20
Levende taal verklarend woordenboek

T. Pluim (1921)

Goede sier maken

Dit sier is een verminking van ’t oud fransche chiere, thans chère = oorspr. gelaat, dat voorkomt in de uitdrukking: faire bonne chère a quelquun, d.i. letterlijk : iemand een goed gelaat toonen, m. a. w. hem gastvrij onthalen. Zoo kreeg: goede sier maken, de bet. groote verteringen maken, lustig feestvieren.

2024-04-20
Nederlandse spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

F.A. Stoett

Goede sier maken

het er goed van nemen, lekker laten opdissen, er de boter uitbraden, mijken en smijken, zoals de Westvlamingen zeggen. Sinds de 16de e. bekend. Dits/er, oudtijds c(h)iere, is ontleend aan Ofr. chiere; faire bonne chiere ä quelqu’un betekende eig. iemand een vriendelijk gelaat tonen, en vandaar: hem goed ontvangen, gastvrij onthalen; en b...