Wat is de betekenis van gnoom?

Het begrip gnoom heeft 2 verschillende betekenissen: 1) klein fictief wezen. klein fictief wezen dat in verschillende gedaanten wordt opgevoerd in verhalen, sprookjes en films; aardmannetje; kabouter; kobold. 2) klein, lelijk persoon. klein, lelijk persoon.

(19e eeuw) (scheldw.) klein persoon; dwerg. Eigenlijk: aardgeest, berggeest, kabouter. In de vorm ‘gnomus’ rond 1530 teruggevonden in een geschrift van de Zwitserse arts, chemicus en natuurfilosoof Paracelsus (1493–1541). • Eg, vier, vijf jaar oud, was toen al een kleine, grijnzende gnoom in een hoek. (Forum. Vierde Jaargang....

gnoom - Zelfstandignaamwoord 1. mythologisch wezen dat lelijk, klein van stuk is en meestal een baard heeft ♢ Een interview met de krant, dat kan nog wel. Alleen die foto bij het stuk, daar zit ze wel mee. ‘Een interview vind ik niet eng, maar de foto’s zijn meestal niet zo’n feest. Dan weet je dat vast’, mai...

klein persoon; dwerg. Eigenlijk: aardgeest, berggeest, kabouter. In de vorm gnomus rond 1530 teruggevonden in een geschrift van de Zwitserse arts, chemicus en natuurfilosoof Paracelsus (1493-1541). Ook in het Frans gebruikt als scheldwoord: gnome.Eg, vier, vijf jaar oud, was toen al een kleine, grijnzende gnoom in een hoek. (Forum, vierde jaargang,...

[missch. voor genomos, van Gr. gè = aarde, en -nomos = bewoner, van nemein = bezitten, bewonen] aardgeest, kabouter.

aardgeest

gnome, aardgees, kabouter.

kabouter, aardgeest

m. gnomen (Germ myth. aard- ofberggeest, dwerg; kabouter).