Wat is de betekenis van glippen?

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

glippen

glippen - Werkwoord 1. uitglijden over of langs een oppervlak dat glad is door vocht of een ander smeermiddel De modderige bal glipte door de vingers van de doelman. 2. (figuurlijk) aan de greep ontsnappen Hij is met zijn smokkelwaar langs de douane geglipt....

2024-04-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

glippen

glippen - regelmatig werkwoord uitspraak: glip-pen 1. door glijden naar een andere plaats schuiven ♢ ik glipte op de gladde vloer 2. per ongeluk loslaten ♢ het glas glipte hem uit de handen en v...

2024-04-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Glippen

v., slûpe, glûpe; laten —, slûpe, snappe, sjitte litte.

2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

glippen

I. glipte, h. geglipt (een glip maken in): de oren van schapen glippen. II. glipte, i. geglipt (1 uitglijden;2 door gladdigheid ontsnappen; ontschieten, ontkomen): 1. ik, mijn fiets glipte op het ijs; 2. de alen glippen uit mijn handen; het geld glipt hem door de vingers, hij geeft te veel uit; de teugel(s) laten glippen, de leiding uit handen gev...

2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

glippen

I. (glipte, heeft geglipt) een glip maken in iets: een pen -. II. (glipte, heeft geglipt) [~ glibberen] 1. uitglijden: mijn voet glipte op de gladde vloer. 2. ontglijden, ontschieten: de alen uit mijn handen. 3. vluchten: hij is gaan -. 4. ontsnappen: een traan laten -. ➝ geld. 5. voorbijgaan: een gelegenheid laten -.

2024-04-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

glippen

(glipte, is geglipt), 1. op een glibberig oppervlak uitglijden: mijn voet glipte op de gladde vloer; 2. snel voortglijden; licht en vlug, maar stil of tersluik over, door, langs, in iets voortschieten: hij glipte vlug door de mensen heen; 3. ontglijden, ontschieten: hij liet het glas uit de handen -; het touw glipte hem door de vingers, hij hield...

2024-04-25
Etymologisch Woordenboek

Amsterdam University Press (2024)

2024-04-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Glippen

Het begrip glippen heeft 2 verschillende betekenissen: 1. glippen - GLIPPEN, (glipte, heeft geglipt), (w. g.) eene spleet in eene pen maken. 2. glippen - GLIPPEN, (glipte, is geglipt), op een glibberig oppervlak uitglijden mijn voet glipte op den gladden vloer; (ook) snel voortglijden men zag tal van sleetjes glippen over het ijs; hij glipte vlug...