glim
glim - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van glimmen ♢ Ik glim 2. gebiedende wijs van glimmen ♢ glim! 3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van glimmen ♢ glim je?
Wiktionary (2019)
glim - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van glimmen ♢ Ik glim 2. gebiedende wijs van glimmen ♢ glim! 3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van glimmen ♢ glim je?
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: