Wat is de betekenis van glasblazer?

2024-04-25
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

glasblazer

(17e eeuw) (ook: glazenblazer) (sch.) dronkaard, zuipschuit. Het WNT citeert J. de Brune (Bankket-werk van gegoede gedagten. 1657-1658). • Ziet men een dronkaard, het is een: borrelheere, blaze, dreupeleere, dreupelhoofd, dreupelman, dreupelkloot, drinker ; glazenblazer, glazendroger, goelenknipper, goelenstekker; kannekijker; olie,...

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

glasblazer

glasblazer - Zelfstandignaamwoord 1. (beroep) iemand die glazen voorwerpen maakt Een goede glasblazer is een waar kunstenaar. Woordherkomst samenstelling van glas en blazer Naamwoord van handeling van glasblazen met het achtervoegsel -er Verwante begrippen meesterblazer

2024-04-25
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

glasblazer

glasblazer - Glaswerkers die glas vormen door lucht door een blaaspijp in een klomp gesmolten glas te blazen en deze vorm te geven met tangen en scharen, of door deze over een harde ondergrond te rollen.

2024-04-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

glasblazer

m. (-s), ambachtsman die door glasblazen voorwerpen van glas vervaardigt.

2024-04-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Glasblazer

GLASBLAZER, m. (-s), ambachtsman die door blazen voorwerpen van glas vervaardigt; ...BLAZERIJ, v. (-en), de werkplaats van den glasblazer, glasfabriek; (ook) het blazen van glas.