gladden
verblijden, verheugen.
M. J. Koenen's (1937)
gladde, h. geglad (polijsten glanzen): papier gladden, pletten; bij uitbr. effenen, gladstrijken.
Jozef Verschueren (1930)
(gladde, heeft geglad) 1. glanzen, polijsten, schuren: papier -. 2. effenen, gelijkmaken.
J.H. van Dale (1898)
GLADDEN, (gladde, heeft geglad), gladmaken, polijsten, glanzen, schuren, poetsen klingen kan men het best gladden of bruineeren op houten schijven; papier gladden: — (ongewoon) effenen, gladstrijken toen de jeugd dit voorhoofd gladde, nu van allen glans beroofd; — (w. g.) gegladde tonen, zoetvloeiend, niet ruw; — de keel gladden...
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: