Wat is de betekenis van glaciaal?

2024-04-25
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

glaciaal

Het begrip glaciaal heeft 2 verschillende betekenissen: 1) verband houdend met ijs. verband houdend met ijs, met polaire gebieden of gletsjers of met een geologische ijstijd. 2) ijstijd. koudere periode in een ijstijd of, bij uitbreiding, ijstijd in het algemeen.

2024-04-25
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Glaciaal

[v. Lat. glacialis = vol ijs] bn de ijstijd betreffend; ook zn: de ijstijd zelf.

2024-04-25
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Glaciaal

koudere fase binnen een ijstijd; tot de ijstijd behorend; ijskoud

2024-04-25
Encyclopedie van het milieu

Oosthoek (1984)

glaciaal

1 ijstijd. In de voorlaatste ijstijd, de Saale-ijstijd, die ca. 160000 jaar gele­den begon, was Nederland vanuit het noorden tot aan de lijn Haarlem-Nijme­gen met landijs bedekt. Hiervan getuigen nu nog o.a. de door het landijs gevormde stuwwallen (o.a. Veluwe, omgeving van Nijmegen en Salland) en de door het land­ijs afgezette grondmor...

2024-04-25
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Glaciaal

alle verschijnselen die betrekking hebben op de Ijstijd. Alle door het ijs achtergelaten en veroorzaakte afzettingen zijn glaciale afzettingen. In Nederland verstaat men onder glaciaal bovendien de periode van het Diluvium of het Pleistoceen tijdens welke een deel van Nederland door ijs werd bedekt (Riss of Saale-IJstijd).

2024-04-25
Encyclopedie van Friesland

Prof. Dr. J.H. Brouwer (1958)

GLACIAAL

zie Pleistoceen.

2024-04-25
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Glaciaal

met de ijstijd of poolstreken verband houdend

2024-04-25
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Glaciaal

Geologisch tijdperk, waarin ijstijden voorkwamen, m.n. in het pleistoceen.

Wil je toegang tot alle 16 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

glaciaal

tot de ijstijd behorende.