Wat is de betekenis van gezin?

2024-04-19
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

gezin

huishouden met kinderen. samenlevingsverband van een of twee ouders met een of meer kinderen; huishouden met kinderen. Ook een samenlevingsverband van twee personen zonder kinderen wordt soms gezin genoemd. Voorbeelden: Het kabinet definieert een gezin als een leefeenheid waarin kinderen opgroeien. Reformatorisch Dagblad, 2...

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

gezin

gezin - Zelfstandignaamwoord 1. (familie) een huishouden bestaande uit een man, een vrouw en kinderen Ons gezin gaat één keer per jaar op vakantie. Woordherkomst Naamwoord van handeling van zenden met het voorvoegsel ge- Uitdrukkingen en gezegden ♦ e...

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

gezin

gezin - zelfstandig naamwoord uitspraak: ge-zin 1. man, vrouw en kinderen ♢ hij komt uit een groot gezin Zelfstandig naamwoord: ge-zin het gezin de gezinnen ...

2024-04-19
Encyclopedisch woordenboek van de psychologie

Piet van der Ploeg (2007)

gezin

Onder gezin wordt verstaan een gemeenschap tussen meerdere mensen, die een verwantschap hebben met elkaar. Wat hieronder verstaan wordt is verder sterk cultureel bepaald. De meest eenvoudige gezinsvorm bestaat uit twee ouders met hun kinderen.

2024-04-19
Lexicon Energiemarkt

Jean-Paul Pinon (2003)

Gezin

a) De aangesloten elektriciteitsverbruiker en de personen die samen met hem in de betrokken woning hun hoofdverblijf hebben (Brusselse minimumlevering elektriciteit). b) De abonnee en de personen die samen met hem in de betrokken woning hun hoofdverblijfplaats hebben (Vlaams decreet minimumlevering). In deze juridische definitie kan een ‘gez...

2024-04-19
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Gezin

de uit het huwelijk voortgekomen gemeenschap van ouders en kinderen. Het gezin is in onze cultuur een van de voornaamste bouwstenen van de samenleving. Elders is vaak het grotere familieverband (stam, clan, sibbe) van meer belang,

2024-04-19
Van aalmoes tot zwijntjesjager

Dr. E. Schröder (1980)

Gezin

Het woord gezin is bezig te verouderen. Veelal bezigt men, evenals de Duitsers, de Engelsen en de Fransen het woord familie, family, familie, ontleend aan het Latijnse familia, dat verwant is met famulus: bediende. Dit is op merkwaardige wijze in overeenstemming met het woord gezin. Men behoeft er slechts aan te denken dat het Duitse Gesinde beteke...

2024-04-19
Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

GEZIN

is de kleinste, op de eisen van de menselijke natuur afgestemde en daardoor meest hechte groepsgemeenschap. Normaal wortelt het gezin in een (monogaam) huwelijk en bestaat het uit ouders en kinderen, soms ook nog grootouders, ongetrouwde bloedverwanten en huispersoneel omvattend. Er zijn ook huiselijke gemeenschappen van minder volmaakte structuur...

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
Eerste Medisch Systematische Ingerichte Encyclopedie

Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)

Gezin

speelt een grote rol in het gehele leven van de mens en heeft dus ook een belangrijke hygiënische invloed op lichaam en geest. De tussenmenselijke verhoudingen in het gezin kunnen bij alle ziekten een factor van betekenis zijn, doch vooral bij het opgroeien der kinderen. De (groeiende) gezinsgrootte staat in wisselwerking met de sexueel-erotis...