Wat is de betekenis van gevaarlijk?

2024-04-20
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

gevaarlijk

(2000) (straattaal) heel goed, geweldig. Vgl. boos*, dodelijk*, gruwelijk*, woorden die een negatieve connotatie hebben maar in jeugdtaal in positieve zin gebruikt worden. • gevaarlijk, gvaarlijk: geweldig. (Ronald Snijders: Surinaams van de straat. 2000) • Straattaal weerspiegelt de belevingswereld van de jongeren die haar ge...

2024-04-20
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

gevaarlijk

gevaarlijk - Bijvoeglijk naamwoord 1. gevaar met zich meebrengend Doe alsjeblieft voorzichtig, het is een gevaarlijke tocht! Woordherkomst Afleiding van gevaar met het achtervoegsel -lijk. Synoniemen link, onveilig Antoniemen ongevaarlijk Verwante begrippen...

2024-04-20
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

gevaarlijk

gevaarlijk - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: ge-vaar-lijk 1. met de kans dat er iets ergs gebeurt ♢ doe niet zo gevaarlijk met dat pistool! 1. dat is gevaarlijk terrein [een moeilijk, gevoelig ond...

2024-04-20
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

gevaarlijk

(ook:) 1. (bn.), geweldig, enorm; erg, vreselijk, verschrikkelijk. U hebt nog nooit iemand gezien die net zo gevaarlijk is als ons (Helman 1954a: 43). En toen maakte hij bullebak voor haar. Ze werd kwaad, die jongen was gevaarlijk hoor! En toen deed ze wat ze, van Moes nooit mocht doen: ze maakte één lange tjoeri voor hem (Schungel 1...

2024-04-20
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Gevaarlijk

adj. & adv., gefaerlik, nuodlik faei; — werk, halsbrekkerij, halsbrekken (it).

2024-04-20
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-20
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

gevaarlijk

I. bn. (gevaar opleverend): een gevaarlijke sprong; een gevaarlijke vijand, voor anderen gevaar opleverend; gevaarlijke dieren; een gevaarlijke kerel, arglistig; een gevaarlijke stad voor jonge mensen; de zieke is in levensgevaar; II. bw. (1 op zulke wijze, dat de toestand als gevolg van de handeling gevaar oplevert; 2 in een omstandigheid, die gev...

2024-04-20
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

gevaarlijk

(gə'va:rlək) I. bn. en bw. (-er, -st) 1. gevaar opleverend : een -e reis; een -e stad voor jongelui. Syn. → bang. 2. niet licht te overwinnen : een -e vijand. 3. arglistig : een mens. 4. in levensgevaar verkerend : de zieke is -. II. bw. 1. in een omstandigheid die gevaar oplevert: liggen, staan, zitten. 2. zo dat er levensgevaar...

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-20
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

gevaarlijk

bn. en bw. (-er, -st), 1. (van zaken) gevaar met zich meebrengend: een gevaarlijke reis; gevaarlijke woorden; de wond is niet -; 2. (van personen) gevaar opleverend voor anderen: een gevaarlijke vijand, die niet gemakkelijk te overwinnen is; een sujet, iemand voor wie men zich in acht moet nemen; 3. (bw. van wijze) zó dat er gevaar bij is...