geuren
...
Ontdek ons tijdschrift
en lees alles over taal uit Nederland en Vlaanderen*Zolang de voorraad strekt
Marc De Coster (2020-2025)
(19e eeuw) (inf.) pronken. Eigenlijk: reuk verspreiden. Ook wel 'geurpikken' in soldatenslang. Volgens Van Ginneken een gebruikelijke term bij de infanterie in de periode 1860-1885. Hij vermeldt ook nog de uitdrukking 'met een los geurtje lopen': deftig wandelen. • Mijn vriend, die reeds geruimen tijd in 't H...
Wiktionary (2019)
geuren - Werkwoord 1. absoluut een aangenaam ruikende lucht verspreiden ♢ De bloemenzee geurde en de bijen vlogen af en aan. geuren - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord geur Woordherkomst Afgeleid van geur.
Muiswerk Educatief (2017)
geuren - regelmatig werkwoord uitspraak: geu-ren 1. lekker ruiken ♢ de witte rozen geurden 1. ergens mee geuren [ermee pronken] Regelmatig werkwoord: geu-ren ...
M. J. Koenen's (1937)
geurde, h. gegeurd (1 geur verspreiden, welriekend zijn; 2 fig. ijdel pronken): 1. rozen geuren; 2. fig. met iets geuren; hij loopt te geuren.
Jozef Verschueren (1930)
('geurən) (geurde, heeft gegeurd) 1. geur verspreiden : die bloemen heerlijk. 2. pronken ; met iets -; hij loopt te met zijn nieuwe jas.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
(geurde, heeft gegeurd), 1. geur verspreidend, welriekend zijn; wat — die bloemen heerlijk; het geurende hooi; 2. (gemeenz.) met iets —, ermee pronken: met zijn kennis —.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: