Wat is de betekenis van geraas?

2024-03-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

geraas

geraas - Zelfstandignaamwoord 1. aanhoudend lawaai zoals dat van een woedende storm Houden jullie eens op met dat geraas! Woordherkomst Naamwoord van handeling van razen met het voorvoegsel ge-.

2024-03-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

geraas

geraas - zelfstandig naamwoord uitspraak: ge-raas 1. het telkens of aanhoudend razen of tieren ♢ we konden niets horen door het geraas van de machines Zelfstandig naamwoord: ge-raas het geraas

2024-03-29
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

geraas

lawaai, rumoer.

2024-03-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Geraas

s.n., geraes (it).

2024-03-29
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-03-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

geraas

o. (aanhoudend of telkens razen of tieren; rumoer, leven, lawaai): geraas maken.

2024-03-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

geraas

(gə'ra:s) o. 1. het voortdurend razen : het van een bezetene. 2. gedruis, lawaai, rumoer : maken.

2024-03-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

geraas

o., 1. het telkens of aanhoudend razen of tieren; 2. aanhoudend sterk rumoer door levenloze zaken teweeggebracht: het van machines.

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Geraas

GERAAS, o. het telkens of aanhoudend razen of tieren: rumoer, gedruisch.