Wat is de betekenis van genereus?

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

genereus

genereus - Bijvoeglijk naamwoord 1. gul, royaal, vrijgevig Woordherkomst afgeleid van het Franse généreux (met het achtervoegsel -eus) Verwante begrippen kwistig, rijkelijk, scheutig

2024-04-25
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Genereus

[Fr. généreux, van Lat. generosus = edel van geboorte, edelmoedig; -osus = lett.: rijk aan] edelmoedig; milddadig.

2024-04-25
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Genereus

edelmoedig; mild

2024-04-25
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Genereus

edelmoedig, vrijgevig.

2024-04-25
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Genereus

edelmoedig, mild

2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

genereus

bn.; genereuzer, genereust (Fr. [Lat. generosus]: grootmoedig, edelmoedig), (g = g).

2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

genereus

(genə‘reus) bn. en bw. (...reuzer, -t) [Fr. < Lat. generosus] grootmoedig, mild: een ...reuze gift.

2024-04-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

genereus

[➝Fr.], bn. (-reuzer, meest -), edelmoedig, mild: een — gebaar.

Wil je toegang tot alle 15 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

genereus

genereus - edelmoedig, mild.