Wat is de betekenis van generaal?

...

(1597) (sch.) mannelijk geslachtsdeel. Ook wel: kleine generaal. • (Hans Heestermans: Erotisch Woordenboek. 1980) • (H. Mullebrouck: Vlaamse volkstaal. 1984) • (Seksuele volkstaal en eufemismen op Wikipedia. 2009) • Als hij zijn kleine generaal in een glory hole stak, was er tenminste nog een mogelijkheid dat er iets m...

generaal - Zelfstandignaamwoord 1. (militair) (beroep) iemand met de hoogste rang die het bevel heeft over een leger ♢ De koning riep zijn generaals bijeen om de komende veldtocht te bespreken. generaal - Bijvoeglijk naamwoord 1. algemeen Woordherkomst afgeleid van h...

Generaal - bijnaam van Rinus Michels.

generaal - zelfstandig naamwoord uitspraak: ge-ne-raal 1. hoogste officier in het leger ♢ deze generaal had de leiding bij de aanval op Japan Zelfstandig naamwoord: ge-ne-raal de generaal ...

[v. Lat. generalis = tot het geslacht (genus, z.a.) behorend, algemeen] I zn 1 (mil.) opperofficier (luitenant-generaal, generaal-majoor), veldheer; 2 (rk) algemeen overste van een kloosterorde; II bn algemeen; hoogste, opper-; generale repetitie, laatste repetitie v&oa...

hoge militair; hoofd van een kloosterorde; algemeen

generaal - Rang in de krijgsmacht van verschillende naties; officieren met de hoogste rang of de op één of twee na hoogste rang, variërend per land of organisatie.

generaal - mannelijk lid. Daer zy (dese Venus-dieren) dan met u vrolijck waeren, soo lanck als u gelt duerde, en uwen onkuyschen lust voldaen hebbende, quaemt daer niet alleen uyt met een ydel Borse (= lege beurs, H.). maer dat ’t erghste van al is, somtyts met eenen quaden Generael, Hist. v. Christoffel Wagenaer (ed. FRITZ) [1597].