Wat is de betekenis van Gena?

2024-03-29
Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Gĕna

ae, f., gewl. plur. gĕnae, ārum, f. 1. wang; soms ook = kinnebak, kaak. 2. plur. genae, poët. meton. = oogholte, ook = ogen.

2024-03-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

gena

(gə'na:) v. (-den) samentrekking van genade.

2024-03-29
Pinkhof geneeskundig woordenboek

Herman Pinkhof (1923)

Gena

(Lat.), wang.

Wil je toegang tot alle 6 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-29
Uitheemsche geneeskunde termen

dr. H. Pinkhof (1923)

Géna

(Lat.), wang.