Wat is de betekenis van Geloven?

2024-04-25
Jannes H Mulder

Jannes H Mulder (2024)

Geloven

Geloven is ergens vast van overtuigd zijn, werkelijk menen dat het zo is. Geloven is ook zich met anderen achter een samenhangend geheel van overtuigingen scharen. De clou van geloven is dat geloof en kennis elkaar niet uitsluiten. Niet ergens in geloven bestaat niet. Dat is onmogelijk. Mensen geloven in van alles, in reïncarnatie, astrologie,...

2024-04-25
Bijbels Lexicon

Karina van Dalen-Oskam & Marijke Mooijaart (2017)

Geloven

Zij die geloven, haasten (zich) niet, wie van iets overtuigd is hoeft geen bijzondere haast te maken of inspanningen te verrichten terwille van die zaak. Vaak ironisch. Deze uitdrukking is bekend in meervoudige vorm; de bijbeltekst in Jesaja 28:16 die eraan ten grondslag ligt heeft in de bekende vertalingen een enkelvoudig onderwerp: ‘Hij die geloo...

2024-04-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

geloven

geloven - regelmatig werkwoord uitspraak: ge-lo-ven 1. denken dat het waar is ♢ Pim gelooft niet meer in sinterklaas 1. niet te geloven zo mooi! [onwaarschijnlijk mooi] ...

2024-04-25
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Geloven

1. voor waar houden wat men verstandelijk niet zeker weet of niet zeker weten kan; zie geloof; 2. vertrouwen, b.v. een mens geloven, vertrouwen.

2024-04-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Geloven

v., leauwe; er aan moeten —, der oan moatte; ik kan het niet —, it wol my net oan, net yn my del.

2024-04-25
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-25
Humoristisch woordenboek

H. Moritsen (1939)

Geloven

Aannemen wat men niet weten noch begrijpen kan.

2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

geloven

geloofde, h. geloofd (1 vertrouwen stellen in iem. of iets, een bewering enz.; 2 het geloof in bet. 2 hebben; 3 vast vertrouwen in het bestaan van iem. of iets, met voorzetsel aan; 4 voor waar houden op het gezag van een ander; 5 menen, aannemen, denken): 1. iem. op zijn woord geloven, aan iem. geloof schenken op zijn blote verzekering; zegsw. zijn...

Wil je toegang tot alle 14 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

geloven

(gə'lo:vən) (geloofde, heeft geloofd) [~ lief :. voor lief nemen, goedvinden, aannemen] vertrouwen nl. 1. a. in iemands woorden vertrouwen stellen: geloof hem niet; iemand op zijn woord geloof mij (gerust, vrij). →: oog, oor. b. Inz. vertrouwen stellen in Gods woord a. Kat. zoals het in de bijbel staat en door de H. Kerk wordt voorgeho...