Wat is de betekenis van gek?

2024-04-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

gek

gek - Zelfstandignaamwoord 1. een persoon die (tijdelijk) iets raars doet Wat een gek! 2. een persoon die (regelmatig) vreemde dingen doet, een dwaas 3. iemand met zeer lage intelligentie 4. (bouwkunde) een draaibare kap op een schoorsteen, die verhinderen moet dat de wind in de schoorstee...

2024-04-24
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

gek

gek - zelfstandig naamwoord 1. wie erg raar doet, zijn verstand kwijt is ♢ die gek ging dronken achter het stuur zitten 1. iedere gek heeft z'n gebrek [niemand is volmaakt] 2. i...

2024-04-24
Kuifje in Vlaanderen

Michel Uyen

gek

De paarden waren als gek het publiek in gereden (lijk zot, als gekken).

2024-04-24
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

gek

krankzinnige; dwaas. In het Middelnederlands: in het Middelnederduits: Geck. De herkomst is niet met zekerheid vast te stellen. Volgens sommige lexicografen zou het om een oorspronkelijk Nederduits woord gaan, met de betekenis van ‘hofnar’. Het zou pas in de veertiende eeuw in het Middelnederlands doorgedrongen zijn. Ook wordt gedacht a...

2024-04-24
Verklarend en etymologisch woordenboek van de Nederlandse vogelnamen

Klaas J. Eigenhuis (2004)

Gek

Friese volksnaam voor de Jan-van-gent ←, thans officieel fries Gint. In De Vries 1912 zelfs de enige friese naam. In De Vries 1928: "Gent, Gek." Ook in ViF 1976, Visser 1993 en Zantema 1992. Albarda 1897 noemde de naam niet. De naam betekent zoveel als 'zot', waarvoor zie Zeezot; vgl. ook F Fou de Bassan 'Jan-van-gent&...

2024-04-24
Woordenboek van populaire uitdrukkingen

Marc de Coster (1998)

Gek

zie ook doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg. 1. -kefverdomde Lowietje,spotnaam voor een sulletje, iemand die men gemakkelijk in de luren kan leggen. Hij is het verdomde Lowietjebet. ‘hij is de risee, het zwarte schaap, de dupe’. Volgens Harrebomée stond Napoleons broer Lo- dewijk, koning van Holland van 1806 tot 1810, model voor deze karikatu...

2024-04-24
Recht voor z'n raap

Rouke G. Broersma (1970)

Gek

op een opvallende manier, mooi of aantrekkelijk of interessant: lekker gek.

2024-04-24
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

gek

kranksinnige; dwaas of belaglike mens, sot; kranksinnig, mal; dwaas, sot, onnosel; bespotlik; laf; gek na, baie hou van.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-24
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Gek

1. s., gek, gik, healwizeling, sljochtmis idioat; (op schoorsteen), wynkape, wilewale, wilewarl; voor dehouden, foar de gek hawwe, hâlde, foar de kroade ride, foar ’t soaltsje hawwe, by de poat nimme, piere, trulle; iem. de aansteken, immen de gek oanstekke, bigekje. 2. adj.,...