Wat is de betekenis van geeneens?

2024-04-19
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

geeneens

(19e eeuw) (inf.) niet eens. • Kijk, nou houdt ze 'r lipjes stijf op elkaar . . . nou geeft ze geen-eens antwoord... (Herman Heijermans in De Jonge Gids. 1899) • Ze hebben me gefopt - het is heelemaal geen zusje - geeneens haar heeft 't en geen tanden en 't is heelemaal rood en 't kan enkel maar schreeuwen en boos zijn - en '...

2024-04-19
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

geeneens

bw., (spreekt.) niet eens, zelfs niet, helemaal niet.

2024-04-19
Etymologisch Woordenboek

Amsterdam University Press (2024)

2024-04-19
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Gerelateerde zoekopdrachten