Wat is de betekenis van gedienstig?

2024-03-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

gedienstig

gedienstig - Bijvoeglijk naamwoord 1. bereid om diensten te verlenen De gedienste ober wilde zijn gasten zoveel mogelijk helpen zodat ze zich prettig zouden voelen. Woordherkomst afgeleid van dienst met het voorvoegsel ge- en met het achtervoegsel -ig Synoniemen onderdanig...

2024-03-29
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

gedienstig

diensvaardig.

2024-03-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Gedienstig

adj., tsjinstré, tsjinstich, tsjinstfeardich; overdreven —, lak en frak.

2024-03-29
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-03-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

gedienstig

1. bn., bw. (geneigd om anderen van dienst te zijn; tot dienstbetoon geneigd; dienstvaardig, dienstwillig): iets met een gedienstig ja beantwoorden; zie geest; 2. gedienstige, m. en v. -n (dienstbode, inz. dienstmeisje).

2024-03-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

gedienstig

bn. en bw. (-er, -st) 1. geneigd om dienst te bewijzen, dienstvaardig, dienstwillig, voorkomend: die jongen is zeer -; een -e geest; een ja. 2. Ong. bereid een slechte dienst te bewijzen: -e vrienden die hem dat hebben aangedaan.

2024-03-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

gedienstig

bn. en bw. (-er, -st), 1. (van personen) geneigd om anderen van dienst te zijn, dienstwillig, voorkomend; 2. (van handelingen of wat deze vertegenwoordigt) van dienstvaardigheid blijk gevend of getuigend.

2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Gedienstig

GEDIENSTIG, bn. bw. (-er, -st), (van personen) geneigd om anderen van dienst te zijn, dienstwillig, voorkomend: de vrouw des huizes was welwillend en gedienstig; een gedienstige geest, een dienstbare; — gedienstig voor, diensten willende bewijzen aan; — gedienstige vrienden, hovelingen, personen die ons een slechten dienst doen door he...

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-29
Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal

I.M. Calisch (1864)

Gedienstig

Gedienstig, bn. en bijw. (-er, -st), *-LIJK, bijw. dienstvaardig, behulpzaam. *-HEID, v. (...heden), dienstvaardigheid; dienstbetoon; behulpzaamheid.