Wat is de betekenis van gebiedend?

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

gebiedend

gebiedend - Bijvoeglijk naamwoord 1. bevelend, commando's gevend, dwingend De dictator kon alleen op gebiedende wijs tot zijn onderdanen spreken. gebiedend - Werkwoord 1. onvoltooid deelwoord vangebieden

2024-04-25
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

gebiedend

bevelend; dringend; gebiedende wys, vorm v/d werkwoord waarin ‘n bevel uitgedruk word.

2024-04-25
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

gebiedend

bn. en bw. (-er, -st), 1. (van woorden of gebaren) blijk gevend dat hij die spreekt of zo’n gebaar maakt, daarmee gebiedt of beveelt: een gebiedende stem, houding; hij heeft in houding en manieren iets gebiedends, iets dat fierheid en een vaste wil te kennen geeft en ontzag inboezemt; 2. (oneig.) een – voorschrift, waarvan men niet mag...

2024-04-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Gebiedend

GEBIEDEND, bn. bw. (-er, -st), (van woorden of gebaren) blijken gevende, dat hij, die spreekt of zulk een gebaar maakt, daarmede gebiedt of beveelt eene gebiedende stem, toon, taal, houding, oogopslag, teeken, enz.; — hij heeft in houding en manieren iets gebiedends, iets dat fierheid en een vasten wil te kennen geeft en ontzag inboezemt; &m...

2024-04-25
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)