gearmd naar de brand
(1925) (sch.) gezegd van een paartje dat ergens naar toe gaat; vnl. in de zin van `een mooi span voor een bokkenwagen'. Oorspronkelijk te Amsterdam gebruikt wanneer troepjes zingende jongeren gearmd langs de straten liepen, telkens wanneer er een brand was uitgebroken. O.a. bij Justus van Maurik. Volgens Jos Brink (zie citaat hierna) werd deze uitd...