Wat is de betekenis van Gaten?

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

gaten

gaten - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord gat Uitdrukkingen en gezegden ♦ in de gaten houden iets blijven observeren ♦ in de gaten lopen iets valt op, iets wekt de opmerkzaamheid op...

2024-04-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Gaten

GATEN, (gaatte, heeft gegaat), van een of meer gaten of openingen voorzien ijzer, leder gaten: — eene parel gaten, er een gaatje in boren; — een gegate lepel, een lepel met gaatjes, in de lettergieterij.

2024-04-25
Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal

I.M. Calisch (1864)

Gaten

Gaten, bw. gel. (ik gaatte, heb gegaat), gaten maken, - boren. *-PLATTEEL, of GATEPETIEL, o. (-en), doorslag, vergiettest (keukengereedschap). *...TIG, bn. (-er, -st), vol gaten, vol openingen.

2024-04-25
Etymologicum 1573

Cornelis Kiliaan (1573)

Gaten

Forare, perforare.