Wat is de betekenis van gaarkeuken?

gaarkeuken - Zelfstandignaamwoord 1. een instelling die in tijden van honger en gebrek tracht door het beschikbaar stellen van gratis voedsel de nood te lenigen Woordherkomst samenstelling van gaar en keuken

gaarkeuken - zelfstandig naamwoord uitspraak: gaar-keu-ken 1. keuken waar grote groepen armen en daklozen (bijna) gratis maaltijden kunnen krijgen ♢ de armen stonden met hun pannetje in de rij voor de gaarkeuken Zelfstandig naamwoord: gaar...

Gron.: De Goarkeuken. Gehucht ten Z. van Grijpskerk op de grens van de gemeenten Zuidhorn en Grootegast aan het Van Starkenborghkanaal; bekend door de schutsluizen en het drukke scheepvaartverkeer. In de tweede helft van de 19de eeuw kreeg Groningen een goede verbinding met Friesland en het Westen door de schutsluis (het verlaat) bij het latere Gaa...

gaarkeuken - Te gebruiken voor gebouwen waar soep, brood en andere basisvoeding wordt verstrekt aan behoeftigen, gratis of tegen een kleine vergoeding.

V. -S (spijshuis, ordinaris).

Keuken, waar warme spijzen tegen geringe prijs aan onbemiddelden verstrekt worden. Gewoonlijk wordt een gaarkeuken door partikulieren beheerd met steun van de gemeente.

Gaarkeuken - inrichting, die gelegenheid tot goede en goedkoope consumptie biedt. G. zijn vaak met Gezellenhuizen vereenigd, zooals bijv. in Duitschland bij de Kolpingvereine (St. Josefgezellen-vereenigingen). Zij werden opgericht om te voorzien in de behoefte aan een goed en niet duur middagmaal bij de arbeiders, die ver buiten hunne woonplaats in...

('ga:r) v. (-s) eenvoudig en goedkoop spijshuis.

v./m. (-s), centrale keuken.