Wat is de betekenis van flikflooien?

2024-04-25
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

flikflooien

(19e eeuw) (inf.) vrijen (meestal met een andere partner). Syn.: rommelen*; rotzooien*. • «Nu, maar naar wie vrijdde hij dan?" vroeg Joan, dien vloed van spreekwoorden stuitende. «Naar wie? — hij heeft twee uren lang in een hoekje van de keuken zitten flikflooien met de oude Geert." (Jacob van Lennep: De...

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

flikflooien

flikflooien - Werkwoord 1. (inerg) kruiperig vleien

2024-04-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

flikflooien

flikflooien - regelmatig werkwoord uitspraak: flik-flooi-en 1. overdreven lief tegen iemand doen ♢ zij zit altijd met haar baas te flikflooien Regelmatig werkwoord: flik-flooi-en ik flikflooi ...

2024-04-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Flikflooien

v., flikfloaije, flaeije, panstrike, moaiprate.

2024-04-25
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Flikflooien

(flikflooide, heeft geflikflooid), 1. met baatzuchtige bedoelingen vleien, kruipen; 2. aanhalerig liefkozen.

2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

flikflooien

flikflooide h. geflikflooid (met baatzuchtige bedoelingen vleien; kruipend vleien); iem. flikflooien.

2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

flikflooien

(flikflooide, heeft geflikflooid) [flooien 〜 vleien] 1. met baatzuchtige bedoelingen vleien. Syn. ➝ aanhalen. 2. aanhalen, liefkozen.

Wil je toegang tot alle 14 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

flikflooien

(flikflooide, heeft geflikflooid), 1. uit eigenbelang vleien, kruipen; 2. aanhalig liefkozen.