flank
flank - Zelfstandignaamwoord 1. zijkant van een samenhangend geheel ♢ Het legioen werd in de flank aangevallen. 2. (elektronica) sterkst stijgende of dalende deel van een elektrisch signaal 3. deel van een bastion dat aan de courtine grenst
Nederlandstalige WikiWoordenboek
flank - Zelfstandignaamwoord 1. zijkant van een samenhangend geheel ♢ Het legioen werd in de flank aangevallen. 2. (elektronica) sterkst stijgende of dalende deel van een elektrisch signaal 3. deel van een bastion dat aan de courtine grenst
Nederlands woordenboek voor onderwijs
flank - zelfstandig naamwoord 1. zijkant ♢ Ilse klopte op de flank van het paard 1. in de flank aangevallen worden [aan de zijkant] Zelfstandig naamwoord: flank de flank...
Nu slechts 21,95!
Ditte Simons en Hans Heestermans
lichaamszijde (BP): in d’rlui flank vallen, in de smaak vallen: Toe vroeg ie nog na de mottige en na Gijs ... heel vrindelijk en beleefd ... je kon zoo zien, asdat we zoo’n beetje in d’rlui flank viele, ABRAMSZ 131;flanken smeren; een pak slaag geven: Jaaij... jaaij!... Goan deur... of ikke sel effe je flanke smere! Weegeluis! QUE...
--
Een flank is een deel van het bastion dat aan de courtine grenst. Ook de naar achter gerichte delen van een lunet worden met deze term aangeduid.
Encyclopedie voor Zelfstudie
zijde. Men spreekt van de flank van een leger: de zijlinie. Ook in de sport wordt dit begrip wel gebruikt: de linksbuiten is een flankspeler; bij het turnen wordt een sprong zijdelings over een toestel een flanksprong genoemd.
Nederlandse encyclopedie
v./m. (-en), 1. zijkant van de buik tussen onderste ribben en heup, alleen van dieren gezegd; gesloten of gevulde flanken, wanneer de afstand tussen de achterste rib en de uitwendige heupknobbel zeer kort is; 2. zijde van een schip; zijde, vleugel van een gebouw; (heraldiek) midden-zijkant van een schild; 3. (vestingbouw) zijlijn van een lunette,...
Agrarisch Encyclopedie
is het bovenste en achterste gedeelte van de buik, ontsloten door de heupknobbel, de onderkant van de lendenen en de achterste rib.
Dr. F.P.H. van Wely
I. zijde; ribstuk; flank II. flankeren; in de flank dekken; in de flank aanvallen, bestrijken; onttrekken.
Nederlands woordenboek (7e druk - 1950)
v. (-en), 1. zijkant van de buik tussen onderste ribben en heup, alleen van dieren gezegd; gesloten of gevulde flanken, wanneer de afstand tussen de achterste rib en de uitwendige heupknobbel zeer kort is; 2. (w.g.) zijde van een schip; — zijde, vleugel van een gebouw; — (herald.) midden-zijkant van een schild; 3. (vestin...
Dr. mr. W. Schuurmans Stekhoven (1949)
flank.
Encyclopedie van A tot Z - 1949
(militair), zijkanten van een troep met diepe opstelling (bij brede, ondiepe formaties: vleugel).
Winkler Prins 1947
(1, tactiek) van een troep met diepe opstelling heten de zijkanten. Offensieve flankbeveiliging is een begrip uit de leer der strategie of der tactiek. Men duidt hiermede aan een troepeneenheid, welke op de flank van een stelling (strategie) of een legeronderdeel (tactiek) eenresp. naar voren geschoven of teruggehouden opstelling inneemt, me...
M. J. Koenen's Verklarend handwoordenboek
v. flanken (Fr. flanc: zijde; inz. van paarden: lendedeel van de buik; mil. zijde van een legerafdeling, in tegenstelling tot het front); met hijgende flanken; mil. rechts in (of: uit) de flank, rechtsom; links in (of: uit) de flank, linksom; zegsw. in de flank vallen, zeer welkom zijn.
Encyclopedie voor Iedereen
zijkant, vooral v/e legertroep.
25 delen, uitgegeven 1933-1939. Uitgeverij Joost van den Vondel te Amsterdam.
1° Bij dieren het lendedeel van den buik. Term vooral gebruikelijk bij paarden. 2° (Ook: lies) Naam van dat onderdeel van de huid, dat afvalt aan de buikzijde bij het crouponneeren. Wordt verwerkt tot allerlei soorten leder. 3° Zijkant van een bastion met, veelal in front gedekte, geschutsopstellingen, soms in meerdere verdiepingen, ope...
Modern Woordenboek (1930-1961)
v. (-en) [Fr. flanc d. i.] zijde nl. 1. buikzijde bij vierpotige dieren: de -en van een ➝ paard. 2. zijde van een legerafdeling: in de aanvallen; overwinnaar op de beide -en; in de vallen, [een aanval op de flank komt de aanval op het front te hulp], zeer welkom zijn, in de smaak vallen; Mil. links, rechts in of uit de -, links-, rechtsom. Tgst....
Nederlandse encyclopedie, uitgegeven van 1916-1925.
Flank - 1) Bij de huisdieren noemt men de zijwanden van den buikwand de flanken. Zij worden begrensd door de lenden, de ribwanden, de knieën en de eigenlijke buik. Men wenscht de flanken niet breed en goed gevuld. Dieren met lange, holle flanken laten zich niet gemakkelijk voeden en zijn daarom dikwijls niet in goeden voedingstoestand. Bij het rund...
De vreemde woorden, verklarend woordenboek door Fokko Bos.
flank, - v., zijde.
Schrijver op Ensie
zijde, kant, strijklijn van een bolwerk ; in de heraldiek: een der beide zijden van een schild welke boogvormig van het veld zijn afgescheiden.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.