Wat is de betekenis van Fitness?

2024-03-29
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

fitness

(zelfstandig naamwoord) [alg.] fitheid; conditietraining; - Doordat hij geregeld de sportschool bezoekt, is zijn fitheid dik in orde. - Door dagelijkse conditietraining zag keizerin Sissy er jonger uit dan ze was.

2024-03-29
Fitness begrippen omschreven

Redactie Ensie (2020)

Fitness

Fitness is een geheel van sporten en oefeningen die thuis of in de sportschool worden uitgeoefend. Een fitness training kan er op gericht zijn om bepaalde spieren of spiergroepen te trainen, of juist het uithoudingsvermogen en de conditie te verbeteren. In tegenstelling tot vele andere sporten, beoefent men fitness thuis of in een sportschool. Veel...

2024-03-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

fitness

fitness - Zelfstandignaamwoord 1. (sport) conditie- of krachttraining, meestal in een sportzaal Ik doe iedere vrijdag aan fitness. Woordherkomst van het Engels

2024-03-29
Encyclopedie van de evolutiebiologie

Prof. Nico M. van Straalen (2019)

Fitness

Levenslang reproductief succes; relatieve toename in frequentie van een fenotype, genotype of allel, vergeleken met andere leden van de populatie Fitness is een kernbegrip uit de Darwiniaanse evolutietheorie, maar merkwaardigerwijs is de term niet aan Darwin zelf toe te schrijven maar aan Herbert Spencer (1864). In de eerste editie van Darwins boek...

2024-03-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

fitness

fitness - zelfstandig naamwoord uitspraak: fit-ness 1. training door middel van oefeningen en apparaten ♢ zij gaat elke week een uurtje naar de fitness Zelfstandig naamwoord: fit-ness de fitness

2024-03-29
Atletiek- en turnwoordenboek

Jan Luitzen (2008)

fitness

(de; g.mv.) AF - (recreatieve) sport, lichaamsbeweging, oefeningen met toestellen, gebruik van sauna en solarium e.d. en overige activiteiten die bedreven worden in sportscholen, sportaccommodaties, fitness- en gezondheidscentra, gymhallen, de vrije natuur of thuis, met als doel het op peil houden van de lichamelijke conditie, de algehele conditiev...

2024-03-29
Het Lexicon van de gedragsbiologie

Mark Nelissen (1996)

fitness

fitness - Bijdrage aan de volgende generatie van één genotype in een populatie, in verhouding tot de bijdragen van andere genotypen. Of uitgedrukt per individu: de som van de overlevings- en voortplantingskansen.

2024-03-29
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Fitness

[Eng.] verzamelnaam voor allerlei sportieve activiteiten die gericht zijn op het verbeteren van de lichamelijke conditie.

Wil je toegang tot alle 15 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-29
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Fitness

conditietraining